Iedere periode zien we kinderen die een  tijd weerstand gaan voelen om naar de GelukkigHB groep te gaan. Uit ervaring weten we inmiddels dat dat van korte duur is. De weerstand heeft vooral te maken met de ervaring dat niet alles vanzelf gaat. In de GelukkigHB groep wordt een appèl op hen gedaan welke ze niet gewend zijn. Ze gaan dingen leren die onbekend zijn en die ze niet direct onder de knie hebben. Dat geeft een onaangenaam gevoel en de meeste hoogbegaafde kinderen lopen daar het liefst voor weg . Een ander aspect van weerstand kan bij het Big-Fish-Little-Pond-Effect (BFLPE)(Marsh 1987) vandaan komen. Studies naar het academisch zelfconcept van hoogbegaafde leerlingen in o.a. plusgroepen laten een vermindering van het zelfconcept zien zodra zij deelnemer van zo’n groep zijn. Als je jezelf altijd hebt vergeleken met andere kinderen met een gemiddelde intelligentie, zal je zelfconcept hoger uitkomen dan bij het vergelijk met kinderen met eenzelfde hoge intelligentie. Met andere woorden, kinderen die in de plusgroep zitten zijn na een tijdje bezig met het bijstellen van hun zelfbeeld. Dat is niet eenvoudig en kan een onaangenaam gevoel geven. Ook al zijn de kinderen hoogbegaafd, benoemen dat hun zelfconcept wankelt is teveel gevraagd, en dus gaan kinderen zeggen dat de plusgroep minder leuk gevonden wordt.
In de GelukkigHB groepen praten we hierover en het is leuk om te horen dat kinderen die al langer in de groep zitten dit ook precies zo benoemen. Ze vertellen ook dat dat gevoel weggaat en ze zich daarna heel veilig en fijn voelen in de groep. Het is gebleken dat het positief uitwerkt als een kind een reëel zelfconcept heeft gekregen.

Pin It on Pinterest

Icons made by Dave Gandy from www.flaticon.com is licensed by CC 3.0 BY